


Schematherapie
In je kindertijd bouw je onder normale omstandigheden constructieve denkpatronen op die passen bij je gevoel en je gedrag. Wanneer je als kind geconfronteerd bent geweest met ingewikkelde situaties, dan kunnen deze interne denkpatronen op latere leeftijd een ongewenste uitwerking hebben en ‘schema’s’ worden.
Met schematherapie verander je het eigen gedrag
Met schematherapie is het mogelijk om oude ingesleten gedragspatronen te veranderen in gewenst gedrag. Het is een therapie die goed aanslaat bij mensen die veel moeite hebben met het gevoelsmatig verwerken van informatie; het gedrag dat dit teweegbrengt en oproept; en de wisselwerking tussen eigen gedrag, de omgeving en de reactie van anderen.
Tijdens schematherapie leer je om oude gedragsstructuren te onderkennen en te doorbreken. Het oude gedrag erkennen en het aanleren van nieuwe gedachten krijgt veel aandacht. Door het nieuwe gedrag ernaast te zetten, komt er een bewustwording op gang en ontstaan schema’s met nieuw gewenst gedrag.
Er zijn tal van schema’s en gedachten die niet helpend zijn en die te maken kunnen hebben met bijvoorbeeld: emotionele verwaarlozing, afhankelijkheid, minderwaardigheid, schaamte, zelfopoffering, loyaliteit, vergroot verantwoordelijkheidsgevoel, of overmatig aanpassen aan anderen.
Rollen die hier bijvoorbeeld op aansluiten zijn:
- Het verlaten kind;
- Het woedende kind;
- De bestraffende ouder;
- De kritische ouder.